vetten
Deel dit via Facebooktwitterredditpinterestlinkedintumblrmail

Welke vetten kan ik eten

Vooreerst een veel gehoord misverstand wegwerken. We hebben echt wel vetten nodig, als energiebron en om een aantal lichaamsfuncties in stand te houden. Denk daarbij aan het immuunsysteem, isolatie tegen kou en als drager van vitamine A en D.
Vet bevat tot wel twee keer zo veel energie als hetgeen koolhydraten of eiwitten per gram leveren.

Vetten kan je in twee groepen indelen, verzadigde en onverzadigde vetten.
Verzadigd vet kan je cholesterol laten verhogen, vetdeeltjes gaan zich afzetten in je bloedvaten, waardoor de ze gaan dichtslippen en de kans op beroertes verhoogt. Je kan het herkennen omdat het bij kamertemperatuur stolt.
Onverzadigd vet bestaat in enkelvoudige en meervoudige vetzuren. Ze gaan meestal het cholesterolgehalte verlagen. Omdat sommige vetzuren een positief effect hebben op hart- en bloedvaten (de n-3 vetzuren), wordt bv. aangeraden om twee keer per week (vette) vis te eten. Je kan deze vetsoort herkennen omdat het vloeibaar is bij kamertemperatuur.
Pas wel op, er is onverzadigde vet dat dezelfde negatieve werking hebben als verzadigde. Die noemen we transvetten. Die komen vooral voor bij gebak, sommige snacks en koekjes en zeker bij frieten. Het vet worden daarbij ‘gehard’. 

 Hoeveel mag je dan gebruiken? Zeker niet meer dan 30% van de benodigde energie. Beperk daarbij sterk het gebruik van verzadigde soorten, maar vergeet niet dat vet nodig is voor een goede en gezonde lichaamswerking

MeerVitaliteit

 

Volg onsFacebooklinkedinrssmail